Binnen het volwassenonderwijs bij SVOZ komt het regelmatig voor dat deelnemers niet alleen werken in de zorg, maar ook nog actief zijn als mantelzorger. Je beleeft op die manier de zorg van twee kanten. Dat kan leerzaam zijn, maar tegelijkertijd intensief en confronterend. Ik vergeet nooit het moment dat we tijdens een les een cliënt bespraken. Dit gebeurt altijd met gefingeerde naam, om de privacy te waarborgen. Plots zei een van de deelnemers: “zeg het maar gewoon, je hebt het over mijn moeder”. En dat was heftig. Want als cliënt was het een interessante casus, maar als moeder van de deelnemer wil je ook voor haar de privacy bewaken. Zo dichtbij kan je rol als mantelzorger en werker in de zorg dus komen.
Verpleegkundige én mantelzorger
Mijn moeder loopt er graag mee te koop dat ik verpleegkundige ben. En soms kan het zeker handig zijn. Mijn broers leunen echt op mij als het gaat om contact met de zorg en met de dokter. Het lijkt wel of je binnen de zorg toch een beetje een andere taal spreekt. Waarmee je elkaar beter en sneller begrijpt.
Verhuizing
Mijn moeder is, op wens van ons (mijn twee broers en ik), gaan wonen in een aanleunwoning van een zorgcentrum. Er was niets wat mijn moeder daar leuk aan vond. Ze vergeleek het met “vrouwenvleugels”, dat tv-programma. Die opmerking sneed door mijn hart. Want dat was het laatste wat ik wilde, dat ik haar in een soort gevangenis had weggestopt.
Maar nadat ze zich twee maanden had geërgerd aan haar nieuwe plek kreeg ik een baantje als poolkracht in het zorgcentrum waar zij aanleunde. Haar verhuizing en mijn baan hadden in principe niets met elkaar te maken. Ik wilde gewoon wat meer ervaring op doen in de zorg en toevallig kon dat in dat zorgcentrum. Ik was opeens regelmatig dicht bij haar omdat ik na mijn dienst even bij haar ging buurten. Nou, je begrijpt, dat vond mijn moeder supergezellig. En als ik mijn moeder voortduwde achter de rolstoel en ik kwam mijn collega’s tegen, dan kreeg mijn moeder ook even aandacht en haar neus ging krullen omdat het over haar dochter ging.
Personeelspas
Wat ook een leuke bijkomstigheid was, was het personeelspasje. Mijn moeder had er ook zo een als inwoner van het centrum. Samen gingen we uitzoeken wie nu het meeste voordeel kreeg bij het zorgcentrum. Ik met mijn personeelspasje of zij met haar bewonerspasje. Ik heb gewonnen want de soep is op mijn personeelspasje gratis. Op het pasje van mijn moeder kost het wel 55 cent. Dus als ik haar uitnodig om soep te gaan eten op mijn pasje geniet ze dubbel.
Trainer én mantelzorger
Er was nog een leuke toevalligheid, SVOZ vroeg mij om een training te verzorgen aan hoofden en andere verpleegkundigen van het zorgcentrum. En zo werd ik toch wel een echte bekende verpleegkundige daar. Nu hoort mijn moeder van alle kanten “ik ken uw dochter, ik heb met haar gewerkt” of “ik ken uw dochter, ik heb les van haar gehad”. Mijn moeder glundert dan van oor tot oor. Trots op haar dochter. En dan opeens voelt ze zich thuis. Yes! Dan was vooral wat we wilde bereiken. Het is per ongeluk goed gekomen.
Annelies van Breukelen, verpleegkundige, mantelzorger en docent bij SVOZ